Burgemeester Mark Röell over aanpak drugsproblematiek in Baarn

‘De mouwen opstropen, als Rotterdammer staat me dat wel aan.’ Mark Röell, refereert aan zijn eigen roots als hem wordt gevraagd naar wat hem aanspreekt in de werkwijze van Stichting Reindert en Movisie. Erop af, doen wat nodig is. Natuurlijk, er waren eerder al signalen dat er een flinke groep jongeren en jongvolwassenen in Baarn, de gemeente waarvan hij burgemeester is, betrokken is bij het drugscircuit. ‘Zachte signalen’, zegt hij erover en: ‘ik kan niet zoveel met zachte signalen’.

De kracht van het praktijkonderzoek van Stichting Reindert is dat nu precies in kaart is gebracht wat er leeft onder jongeren in Baarn en wat er nodig is om signalen beter en eerder op te pikken. Bovendien beschrijven de praktijkonderzoekers welke actie verschillende partijen, waaronder de gemeente zelf, kunnen ondernemen (zie kader). Een belangrijke meerwaarde is voor de burgemeester van Baarn daarnaast dat de interventiespecialisten van Stichting Reindert jongeren zelf hebben gesproken. Röell: ‘Stichting Reindert kan diep in die netwerken doordringen, dealers, gebruikers en loopjongens. Dat zal ons als gemeente, laat staan de politie, veel moeilijker lukken.’

‘Wat ik verder belangrijk vind’, vervolgt Röell, ‘en dat klinkt misschien een beetje saai, is dat we met het onderzoek nu een nulmeting hebben. Waar staan we, hoe groot is de omvang van de problematiek en waar speelt die zich af?’ Op basis daarvan kun je je plan van aanpak bepalen, zegt hij.

Repressie én preventie

De drugsproblematiek in Baarn staat natuurlijk niet op zichzelf, benadrukt Röell. ‘Het is een probleem van de gehele samenleving. Hij is een van de burgemeesters die in Midden-Nederland met andere bestuurders, het openbaar ministerie en politie samen optrekt tegen de ondermijning van de rechtsstaat. ‘Met een dubbele aanpak, stelt de Baarnse burgemeester met klem. ‘Die is gericht op én repressie én preventie om daarmee ondermijning en daarmee ook de drugscriminaliteit een halt toe te kunnen roepen.
Deze werkwijze aan beide kanten – preventie en repressie – is ook in zijn gemeente het fundament van het nog te verschijnen plan van aanpak. Dat plan zal voortborduren op de uitkomsten van het Stichting Reindert-Movisie praktijkonderzoek. Wat daaruit blijkt is dat zo’n 35 tot 40 jongeren en jongvolwassenen in Baarn zijn betrokken bij of staan onder invloed van het drugscircuit. Voor deze groep is de harde, repressieve aanpak alleen meestal niet helpend. Veel van dit soort jongeren willen er wel uitkomen, maar weten niet hoe. Dat kan lang niet iedereen op eigen kracht. Het is eveneens nodig dat voor hen een uitweg wordt geboden. Daarnaast is er nog een kleine groep die zich in de (zware) drugscriminaliteit begeeft. Voor hen werkt voornamelijk enkel de harde aanpak. Daarbij dient wel een reikende hand te worden geboden, gericht op de persoon om hen uit dat circuit te krijgen.

Lange adem

Röell is tegelijkertijd realistisch. ‘Ik heb niet de illusie dat we dit probleem in Nederland binnen een jaar op gaan lossen. Het is een zaak van lange adem.’ En het onderzoek dat er nu ligt, is van grote waarde, stelt hij. ‘Vaak denken we dat drugsproblematiek en de daarmee verweven criminaliteit iets van de grote steden is. Maar dat is niet zo. Dat dit nu voor Baarn in kaart is gebracht, helpt ons heel erg bij de bewustwording over de ernst van de problematiek. Dat dit rapport er ligt, geeft mij een middel om het gesprek aan te gaan… met de politiek, met scholen, met de samenleving. Zodat we samen kunnen bezien hoe we dit probleem en de oplossing ervan tot een gemeenschappelijke opdracht kunnen maken.’

Lees het volgende artikel:

Interventiespecialisten van Stichting Reindert aan het woord